Puck Koper heet je welkom op de vissersboot van Kaat en haar familie bestaande uit zes stoere zeemannen. Met zwart, wit, rood en blauw creëert hij een warm en gezellig schip met een liefhebbende en ietwat onorthodoxe familie. We vallen in het verhaal wanneer er tijdens het ontbijt een groep walvissen rond de vissersboot springen en spelen. Iedereen kijkt ademloos toe. De mannen weten echter niet dat het bezoek van dit groepje walvissen hun leven zal veranderen. Want door deze ontmoeting wil Kaat leren zwemmen. Aangezien de mannen haar tot nu toe al alles geleerd hebben, lijkt leren zwemmen de logische volgende vaardigheid op haar lijstje. Want wat is er heerlijker dan zo vrij zijn als een walvis. Na wat twijfel geven de zeemannen aarzelend toe, en starten de zwemlessen. Kaatje krijgt les in zwembewegingen, conditie training, ademtraining, hand- en armsignalen, spring- en duiktechnieken … Elke zeeman doet zijn best om haar te leren zwemmen. Of dat lijkt toch zo. Maar wanneer ze starten met lessen over de stand van de maan en zwemliederen begint Kaat te twijfelen. Gaan ze haar wel ooit echt laten zwemmen?

Met pentekeningen werden prachtige dubbelzijdige illustraties gemaakt. Details worden aangebracht met rood en blauw. In de tekst wordt met de uitlijning duidelijk gemaakt wie aan het woord is en de gebruikte woorden zijn duidelijk. Op een paar uitzonderingen na zoals “guppy’s” en “kapucijners”. Die gaan de luisterpret echter niet drukken. En zorgen er ook voor dat je echt ondergedompeld wordt in de visserswereld.

De schrijver en illustrator combineert een prachtig voorleesverhaal over kleine meisjes die groot willen worden. En volwassenen die niet zeker zijn of ze daar wel klaar voor zijn. De humor die in het verhaal zit , gecombineerd met de karaktervolle illustraties maken een prachtig debuut voor deze schrijver/illustrator. Hij won alvast erg verdiend de Fiep Westendorp Stimuleringsprijs voor dit wondermooie verhaal over loslaten, jezelf overwinnen en houden van elkaar.